Eerste Nederlandsche Kantfabriek De Jong & van Dam N.V., Aandeel, 1000 Gulden, 1 October 1916
Omschrijving
De Eerste Nederlandse Kantfabriek werd ruim honderd jaar geleden opgericht (op 4 juli 1912) en stond aan de Waarbekenweg te Hengelo. Vanaf 1916 kreeg het de naam N. V. Eerste Nederlandsche Kantfabriek De Jong & Van Dam. Oprichter was Salomon Philip de Jong. Hij runde de fabriek samen met de broers Van Dam. Vanaf de jaren 30 trok Philip zich geleidelijk uit het bedrijf terug. Hij verhuisde naar Den Haag. Maar de naam De Jong bleef in het bedrijf, want inmiddels was zijn zoon Hans toegetreden tot de directie. De fabriek breidde in de eerste jaren maar liefst vijf keer uit. De 170 machines in de kantweverij draaiden dag en nacht, van maandagochtend tot zaterdagmiddag. Werd er eerst alleen kant gemaakt in de fabriek, later kwamen daar kousen bij. We lezen in het Jaarboek dat in 1928 het plan voor een kousenfabriek wordt goedgekeurd. Een jaar later worden in een nieuw gebouw de eerste machines neergezet voor de vervaardiging van kousen. De naam van het bedrijf verandert dan in De Jong en Van Dam N. V. en er werken dan ongeveer 400 mensen. Omdat Hans de Jong en zijn vrouw Alice van Joodse afkomst zijn, moeten zij in de Tweede Wereldoorlog onderduiken op verschillende adressen. In de oorlog draaien de machines door met een Duitse bedrijfsleider. Na de oorlog komt Hans de Jong terug in de fabriek. De buitenlandse vraag naar kant steeg aanvankelijk naar grote hoogten maar daalde in de jaren vijftig even zo hard. In de kousenafdeling werd intussen gewerkt met de aller modernste ‘rondbreimachines’. De merknamen Jovanda en Jolita werden in de jaren zestig een begrip. Maar toen ging er in Hengelo iets helemaal mis. In het kort komt het erop neer dat men in Hengelo aanvankelijk weinig zag in een nieuw product. De panty, want daar ging het om, zou niet zo interessant zijn voor de Nederlandse markt. In 1968 wordt eerst het faillissement voor de kantfabriek aangevraagd. De Hengelose kousenfabriek werd eind 1968 overgenomen door N. V. Jansen-De Wit in Schijndel (N.B.). Een jaar later trad Hans de Jong terug als directeur. De productie verhuisde in 1970 naar het Brabantse Schijndel, wat het ontslag betekende voor de resterende 350 Hengelose personeelsleden.
| Grade | Omschrijving | Prijs |
|---|
Artikelnummer 1982OVHENG0004b
Specificaties
Omschrijving
De Eerste Nederlandse Kantfabriek werd ruim honderd jaar geleden opgericht (op 4 juli 1912) en stond aan de Waarbekenweg te Hengelo. Vanaf 1916 kreeg het de naam N. V. Eerste Nederlandsche Kantfabriek De Jong & Van Dam. Oprichter was Salomon Philip de Jong. Hij runde de fabriek samen met de broers Van Dam. Vanaf de jaren 30 trok Philip zich geleidelijk uit het bedrijf terug. Hij verhuisde naar Den Haag. Maar de naam De Jong bleef in het bedrijf, want inmiddels was zijn zoon Hans toegetreden tot de directie. De fabriek breidde in de eerste jaren maar liefst vijf keer uit. De 170 machines in de kantweverij draaiden dag en nacht, van maandagochtend tot zaterdagmiddag. Werd er eerst alleen kant gemaakt in de fabriek, later kwamen daar kousen bij. We lezen in het Jaarboek dat in 1928 het plan voor een kousenfabriek wordt goedgekeurd. Een jaar later worden in een nieuw gebouw de eerste machines neergezet voor de vervaardiging van kousen. De naam van het bedrijf verandert dan in De Jong en Van Dam N. V. en er werken dan ongeveer 400 mensen. Omdat Hans de Jong en zijn vrouw Alice van Joodse afkomst zijn, moeten zij in de Tweede Wereldoorlog onderduiken op verschillende adressen. In de oorlog draaien de machines door met een Duitse bedrijfsleider. Na de oorlog komt Hans de Jong terug in de fabriek. De buitenlandse vraag naar kant steeg aanvankelijk naar grote hoogten maar daalde in de jaren vijftig even zo hard. In de kousenafdeling werd intussen gewerkt met de aller modernste ‘rondbreimachines’. De merknamen Jovanda en Jolita werden in de jaren zestig een begrip. Maar toen ging er in Hengelo iets helemaal mis. In het kort komt het erop neer dat men in Hengelo aanvankelijk weinig zag in een nieuw product. De panty, want daar ging het om, zou niet zo interessant zijn voor de Nederlandse markt. In 1968 wordt eerst het faillissement voor de kantfabriek aangevraagd. De Hengelose kousenfabriek werd eind 1968 overgenomen door N. V. Jansen-De Wit in Schijndel (N.B.). Een jaar later trad Hans de Jong terug als directeur. De productie verhuisde in 1970 naar het Brabantse Schijndel, wat het ontslag betekende voor de resterende 350 Hengelose personeelsleden.