Shop quickmenu

Stoomtram Maas en Waal, Bewijs van aandeel A, 500 Gulden, 1 November 1901

Omschrijving

Het lukte de heren C.B. Hiebendaal en A.J. Bouwens in het najaar van 1898 een concessie te verkrijgen voor een tramdienst tussen Nijmegen en Wamel, vanwaar men per pontveer kon oversteken naar Tiel. Inmiddels was op 9 augustus 1898 de N.V. Stoomtram Maas en Waal opgericht, waarbij A.J. Bouwens, gedelegeerd commissaris van de NmTM, als directeur zou optreden. De 32 km lange tramlijn, ontworpen door de heer W.E. Cramer (ook bekend van de NTM) liep van het station in Nijmegen via Weurt, Beuningen, Ewijk, Winssen, Deest, Afferden, Druten,Puiflijk, Boven Leeuwen en Beneden Leeuwen naar Wamel, waar het eindpunt bij de NH kerk lag. De lijn werd in twee gedeelten geopend: Nijmegen – Druten op 8 maart 1902 en Druten – Wamel op 1 augustus 1902. Na de Eerste Wereldoorlog werd het voor de M&W steeds moeilijker het hoofd boven water te houden. Na beëindiging van de oorlog komt er in grote getale militair materieel vrij, dat uitstekend als basis kan dienen voor de bouw van autobusjes. En terwijl ‘snorders’, de vrije busondernemers, voor de tram uitrijdend alle vervoer afroomden, dienden zich na twintig jaar de eerste vervangingen in de infrastructuur zich aan. De watersnoodramp in 1926 veroorzaakte ook nog eens veel schade aan de baan.Op 1 januari 1921 droeg de oude heer Bouwens het directeurschap over aan zijn zoon Pieter, die helaas niet veel van de talenten van zijn vader geërfd had. Geldontwaarding en dalende vervoerscijfers drukten het resultaat. De geplande aanleg van de Van Heemstraweg van Nijmegen naar Druten en verder naar Dreumel betekende de doodsteek voor de tram. De M&W schafte nu zelf vanaf 1927 autobussen en vrachtwagens aan, om de concurrentie het hoofd te bieden.Op 13 april 1933 werd in een Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders medegedeeld, dat het bestuur van de maatschappij onderhandelingen had aangeknoopt met een aantal andere tramwegmaatschappijen, om te bekijken of de M&W te redden viel met een fusie. De vergadering machtigde het bestuur de onderhandelingen voort te zetten met de Maas-Buurtspoorweg (MBS), omdat die partij redelijke overlevingskansen leek te bieden.Op 14 december 1933 keurde de tweede Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders het plan goed, dat de MBS voor de tijd van vijf jaren de exploitatie in Maas en Waal zou overnemen, echter niet meer per rail…..De MBS liet de stoomtram nog rijden tot 28 februari 1934, toen om 18:00 uur de laatste tram van Nijmegen naar Druten vertrok. Sindsdien reden de ‘Maasbuurt’-bussen over de nieuwe betonnen Van Heemstraweg.
Grade Omschrijving Prijs

Artikelnummer 1982GENIJM0002d


Specificaties

Land: Netherlands
Staat/Provincie: Gelderland
Stad/Plaats: Nijmegen
Bedrijf/Uitgever: Stoomtram Maas en Waal
Soort effecten: Bewijs van aandeel A
Waarde: 500 Gulden
Datum/Jaar: 1 November 1901
Maatschappelijk kapitaal: 272,500 Gulden
Opgericht: 9 August 1898
Afmeting (LxH in mm): 228x194 mm
Omschrijving

Het lukte de heren C.B. Hiebendaal en A.J. Bouwens in het najaar van 1898 een concessie te verkrijgen voor een tramdienst tussen Nijmegen en Wamel, vanwaar men per pontveer kon oversteken naar Tiel. Inmiddels was op 9 augustus 1898 de N.V. Stoomtram Maas en Waal opgericht, waarbij A.J. Bouwens, gedelegeerd commissaris van de NmTM, als directeur zou optreden. De 32 km lange tramlijn, ontworpen door de heer W.E. Cramer (ook bekend van de NTM) liep van het station in Nijmegen via Weurt, Beuningen, Ewijk, Winssen, Deest, Afferden, Druten,Puiflijk, Boven Leeuwen en Beneden Leeuwen naar Wamel, waar het eindpunt bij de NH kerk lag. De lijn werd in twee gedeelten geopend: Nijmegen – Druten op 8 maart 1902 en Druten – Wamel op 1 augustus 1902. Na de Eerste Wereldoorlog werd het voor de M&W steeds moeilijker het hoofd boven water te houden. Na beëindiging van de oorlog komt er in grote getale militair materieel vrij, dat uitstekend als basis kan dienen voor de bouw van autobusjes. En terwijl ‘snorders’, de vrije busondernemers, voor de tram uitrijdend alle vervoer afroomden, dienden zich na twintig jaar de eerste vervangingen in de infrastructuur zich aan. De watersnoodramp in 1926 veroorzaakte ook nog eens veel schade aan de baan.Op 1 januari 1921 droeg de oude heer Bouwens het directeurschap over aan zijn zoon Pieter, die helaas niet veel van de talenten van zijn vader geërfd had. Geldontwaarding en dalende vervoerscijfers drukten het resultaat. De geplande aanleg van de Van Heemstraweg van Nijmegen naar Druten en verder naar Dreumel betekende de doodsteek voor de tram. De M&W schafte nu zelf vanaf 1927 autobussen en vrachtwagens aan, om de concurrentie het hoofd te bieden.Op 13 april 1933 werd in een Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders medegedeeld, dat het bestuur van de maatschappij onderhandelingen had aangeknoopt met een aantal andere tramwegmaatschappijen, om te bekijken of de M&W te redden viel met een fusie. De vergadering machtigde het bestuur de onderhandelingen voort te zetten met de Maas-Buurtspoorweg (MBS), omdat die partij redelijke overlevingskansen leek te bieden.Op 14 december 1933 keurde de tweede Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders het plan goed, dat de MBS voor de tijd van vijf jaren de exploitatie in Maas en Waal zou overnemen, echter niet meer per rail…..De MBS liet de stoomtram nog rijden tot 28 februari 1934, toen om 18:00 uur de laatste tram van Nijmegen naar Druten vertrok. Sindsdien reden de ‘Maasbuurt’-bussen over de nieuwe betonnen Van Heemstraweg.